Dries Deweer: ‘Zwakke staat, sterke burgers’
De met veel bombarie aangekondigde bankenwet sneuvelde in de commissie voor economische en monetaire zaken van het Europees Parlement. De bankenlobby bleek veel sterker dan het collectief gezond verstand én ronkende verkiezingsbeloftes. Dat er veel ontgoocheling en zelfs verbitterding leeft ten aanzien van de politiek is dan ook niet verwonderlijk. Dat daagt ons allen uit om een stap verder te gaan en ontgoocheling over klassieke vormen van politieke participatie om te zetten in nieuwe vormen van burgerengagement.
Misvorming van de banksector
De onmacht van de politiek werd pijnlijk duidelijk in de context van de recente financiële crisis. De oorzaak van die crisis lag in grote mate bij de financiële sector, die de pedalen kwijt was geraakt na decennia van deregulering. Banken profiteerden van de vrijheid die hen gegund werd om constructies op poten te zetten die enorme winsten genereerden, ten koste van even reusachtige risico’s. Als puntje bij paaltje kwam, dan was de winst in privé-portefeuilles beland, terwijl de overheden, en dus wij allemaal, over de brug moesten komen om banken – en met de banken de hele economie – van de ondergang te redden.
Elk zinnig mens beseft dat een dergelijk scenario van privatisering van de winsten en socialisering van de risico’s niet voor herhaling vatbaar zou mogen zijn. Banken zouden nooit meer too big to fail mogen zijn en er zou terug een strikt onderscheid tussen investeringsbanken en spaarbanken moeten komen, zodat de speculatie nooit meer de hele financiële sector de dieperik in kan trekken. Dat is de theorie. In de praktijk bleef de financiële hervorming beperkt tot wat gerommel in de marge. Joris Luyendijk, de Nederlandse journalist die ophefmakende onthullingen deed over het reilen en zeilen in de Londense banksector, vat de resultaten van de nieuwe regulering treffend samen: “Als je een volledig brandonveilig huis gaat verven, is er inderdaad iets veranderd: het heeft een andere kleur.” Deze vederlichte hervorming is nu afgeschoten door onze jongens en meisjes in Straatsburg. Beter (voorlopig) geen hervorming dan een opsmukoperatie, oordelen de tegenstanders. Ondertussen hebben ze wel nagelaten om gebruik te maken van de gunstige gelegenheid voor verandering die de crisis bood.
NewB
Business as usual in de financiële sector en weinig dat de politiek daaraan weet te doen, dan is ontgoocheling een te zwakke term in het licht van alle miserie die de crisis heeft teweeggebracht. Als burgers hebben we nu drie opties. De eerste en meest populaire optie is apathie. De tweede optie is streven naar revolutie, wat hetzelfde resultaat oplevert als apathie, op occasioneel straatgeweld na. De derde en aangewezen optie is om de handen in elkaar te slaan voor concrete projecten. Dan heb ik het niet alleen over drukkingsgroepen die de overheid de juiste richting willen wijzen, waar recent ook nieuwe dynamieken ontstaan, zoals Ringland of Hart boven Hard. Het gaat vooral ook over burgers en hun verenigingen die zelf projecten uit de grond stampen op vlakken waar de overheid faalt.
In de context van de misvorming van de banksector zien we daar een mooi voorbeeld van. Als de overheid er niet in slaagt om de traditionele banken van bovenaf te veranderen, dan kunnen we als burgers de banksector van binnenuit een hogere standaard opleggen. Dat is de ambitie van NewB, het initiatief van een steeds groeiende groep van ondertussen bijna vijftigduizend burgers en meer dan honderddertig middenveldsorganisaties om een nieuwe coöperatieve bank op te richten waar ethiek bovenaan de prioriteitenlijst staat. De verzameling van kleine coöperanten beslissen samen over een koers die niet zozeer gericht is op winstmaximalisatie, maar op de financiering van de reële economie. Ze nemen bijvoorbeeld ook expliciet afstand van de nefaste bonuscultuur en de toplui verdienen maximaal vijf keer meer dan de minst betaalde werknemer, terwijl dat doorgaans maar liefst drieëntwintig keer meer is. Bovendien is er naast de raad van bestuur een maatschappelijk comité dat expliciet tot taak heeft de ethische principes van de bank te bewaken.
Overheid en middenveld
NewB staat niet alleen voor een nieuw soort bank, maar ook voor een nieuw soort burgers. Of een dergelijk project werkelijk een verschil kan maken, valt nog af te wachten. Wat wel zeker is, is het feit dat het getuigt van lef en engagement van burgers en hun verenigingen die zich weigeren neer te leggen bij politieke onmacht en terug aanknopen bij de aloude wijsheid van eendracht maakt macht. De coöperatieve gedachte op zich is immers verre van nieuw. Lang voor de welvaartsstaat waren het de coöperatieven van gewone burgers die emancipatie realiseerden via ziekenfondsen, woningmaatschappijen en dergelijke. Diezelfde dynamiek valt te herkennen in NewB, maar ook in coöperatieve initiatieven die opdoemen in andere sectoren. Schiet de overheid tekort inzake hernieuwbare energie, dan kunnen we met de buurt samen een windmolen financieren. Bedreigt de privatisering van de zorg kwaliteit en toegankelijkheid, dan kunnen verenigingen samenwerken om coöperatieve rusthuizen te bouwen. Enzovoort.
Als we minder op de overheid kunnen rekenen, dan moeten we het middenveld opnieuw in beweging brengen, niet alleen om meer druk te zetten op de overheid, maar ook om zelf te wegen op de markt door ons collectief sterk te maken. Vaak kunnen we daartoe allemaal op een laagdrempelige manier een steentje bijdragen. Niets houdt ons tegen, tenzij de staat zelf. Nu steekt de regelgeving vaak stokken in de wielen van innovatieve initiatieven uit het middenveld. De reactivering van burgerschap en middenveld in een tijdperk van teleurstellende politieke instellingen vraagt om een nieuw pact tussen burger en overheid: burgers die duidelijk maken dat ze zelf ook de handen in elkaar willen slaan en een overheid die duidelijk maakt dat ze hen daarin maximaal wil ondersteunen.