Hans Geybels: ‘Gelovigen met spulletjes’

Heeft u ze gisteren ook gezien in de krant, de ‘heiligenbandjes’? Blijkbaar zijn de armbandjes met heiligen het nieuwste hebbeding voor de
jeugd. We zagen ze al rond de arm van Justin Bieber en zijn Vlaamse tegenhanger Ian Thomas, dé tienermeisjesidolen van vandaag. Na de iPod een streepje God. Het is eens iets anders. En ook weer niet. Herinnert u zich nog de hetze rond de grote (bisschops)kruisen die de boezem van popsterren als Madonna sierden? Of de paternosterrage? Het plots opduiken van christelijke parafernalia is trouwens meestal een rage, met het typische kenmerk ‘even snel vergeten als opgedoken’.

Toch blijft het een heel bijzonder fenomeen. In tijden van massale religieuze ontbossing blijven christelijke ‘hebbedingetjes’ tot de verbeelding spreken. Kerstmis wordt stilaan het feest van het licht en Pasen het feest van het leven. Maar de gadgets blijven dus wél bestaan. Het zou me overigens niet verbazen mocht de meerderheid van de bandjesdragers niet eens weten welke heilige ze meetorsen. En het zou me nog minder verbazen mochten ze nog nooit gehoord hebben van de Verloren Zoon of de Barmhartige Samaritaan.

Devotionalia

Maar de parafernalia fascineren me niet alleen omwille van de vraag naar het hoe en waarom van de band met het religieuze. Ik ben zelf ook gewoon een overtuigde fan. Ik moet het bekennen: ik ben een verstokte verzamelaar van christelijke devotionalia. Bedevaartvaantjes, medailles, rozenkransen: mijn verzameling is haast niet meer te overzien. Er is dan ook een gigantisch arsenaal aan ‘hulpmiddelen’ binnen de katholieke kerk. ‘Katholieken zijn gelovigen met spulletjes’, zei een kenner ooit.

Waar schuilt dan het verschil tussen mezelf en de armbandjes-tieners? Ik ben gelovig. Dat zeker. Beweren dat alle andere dragers en bezitters van parafernalia louter bijgelovig zijn, zou cru zijn. Het verschil zit volgens mij in de intentie van de drager. Je geluk helemaal laten afhangen van de spullen die je rond je lijf hebt hangen, of in je huis hebt staan, zit duidelijk in de sfeer van het bijgeloof. Maar als je zulke objecten bekijkt als hulpmiddelen bij een gebed of een meditatie, gaat het om de sfeer van het geloof. Al zit je soms op het scherp van de snee. Het is wat eronder zit, de overtuiging, die het verschil maakt.

Tot slot nog deze tip: de kleine armbandjes worden gedragen tot bijna alle heiligenprentjes eraf vallen. De heilige die overblijft, zou je persoonlijke patroonheilige zijn, aldus de Biebers van deze wereld. Veel keuze heb je dan wel niet: elk bandje telt hooguit vijftien plaatjes. Het risico om uit te komen bij een beschermheilige waar je éigenlijk niets mee bent, is reëel. Daarom adviseer ik deze methode, voor wie een beschermheilige zoekt: kijk naar je naam. Die is meestal afgeleid van een heiligennaam, en brengt je automatisch bij de juiste patroonheilige. Een eeuwenoude traditie, en nog steeds waterdicht. Ik heb toch nog steeds geen klachten over Johannes.

Bron: De Standaard – 29 maart 2011