Yves Vanden Auweele: ‘Jongeren en stemplicht vanaf 16 jaar: een goede zaak?’
Moet de verlaging van de kiesgerechtigde leeftijd tot 16 jaar ons geen zorgen baren? Is het goed of net niet dat jongeren vanaf 16 al moeten gaan stemmen? We moeten hen toch niet te vroeg en onvoorbereid opzadelen met problemen die ze nog niet ten volle kunnen begrijpen of inschatten? Moet een kind geen kind kunnen zijn?
De afgelopen jaren hebben we meer dan eens kunnen vaststellen dat er bij de jeugd nog veel interesse leeft voor de politiek. Denk maar aan de betogingen van de klimaatspijbelaars, waar ook scholieren massaal aan deelnamen, acties van Schild en Vrienden, en het succes van de verwijten van klassenjustitie van influencer en Youtuber Acid (met zijn half miljoen volgers).
Psychologische, opvoedkundige en maatschappelijke waarde van een specifieke voorbereidingsperiode voor de jeugd
In onze westerse cultuur gunnen we de jeugd ruime tijd om te experimenteren, om een eigen levenswijze te ontwikkelen en zich zelfs binnen bepaalde grenzen onverantwoordelijk te gedragen (jeugdzonden). In niet-westerse culturen (kinderarbeid), en totalitaire staten (strakke ideologische bewaking van school en jeugdorganisatie), wordt de jeugd een gelijkwaardige oriëntatie- en voorbereidingsperiode ontzegd en wordt ze al zeer jong ingeschakeld uit noodzaak of omwille van de ambities van volwassenen. Ik heb dit kunnen documenteren in mijn doctoraat (1973) over de jeugd in de DDR.
Psychologen zoals Erik Erikson, zagen een specifieke gedoogwereld voor de jeugd als de ideale voedingsbodem om een openheid en gevoeligheid uit te leven voor de grote levens- en identiteitsvragen, zoals “wie ben ik?”, “waarin wil ik geloven?”, “waarvoor wil ik me engageren?”… Zij beweren dat echte identiteit slechts verworven kan worden wanneer een zekere diversiteit aan meningen, wereldbeschouwingen en levensstijlen wordt aangeboden samen met een ruime keuzevrijheid. Sociologen zoals Frank Musgrove stelden dat wanneer men slechts één bepaalde richting uit kan, men liever rebelleert dan de voorgetekende definitie van zichzelf te aanvaarden, en men daardoor ook de kans vergroot op sociale stagnatie in plaats van sociale verandering en vernieuwing.
We aanvaarden in principe dat veel gedragingen van jongeren in deze periode getuigen van overmoed, andere van onzekerheid en verwarring of van een geringe geneigdheid om zich te engageren. We aanvaarden ook dat jongeren zich onbezonnen zonder nuance kunnen engageren daar waar volwassenen meer aarzelen in het zoeken naar de oplossing van complexe maatschappelijke problemen.
Veel acties die jongeren vandaag ondernemen, gaan over het uiten van een onvrede over het ontbreken van een visie en concrete politiek op lange termijn om de klimaatverandering, de grote migratie-instroom en het multicultureel samenleven aan te pakken.
Kwetsbaarheid van de jeugd voor manipulatie en desinformatie
Er zijn vandaag veel factoren die het de jeugd niet makkelijk maken om hun weg te vinden in de complexiteit van meningen en leefwijzen in de huidige maatschappij.
De ambivalente houding van volwassenen
Er is tegenspraak in het laten experimenteren en ontwikkelen van een eigen levenswijze versus het gebruiken/misbruiken van de jeugd voor doelstellingen en inzichten van groepen volwassenen. In de tijd van de klimaatspijbelaars, werden de scholieren door sommige politiekers als evenwaardige gesprekspartners gezien. Maar als ze iets scandeerden wat niet past in hun politieke kraam, was de reactie “het zijn maar kinderen”.
Is het niet verontrustend dat jongeren hun onvrede en acties ‘worden gekaapt’ door politieke partijen? Volgens sommigen dee de partij Groen dat bij de klimaatspijbelaars, en Vlaams Belang bij Schild en Vrienden…
De excessieve invloed van de sociale media op de jeugd
In wat de wereld aan meningen en leefstijlen te bieden, kan je je alleen maar oriënteren in dialoog met anderen in eenzelfde kennis- en informatiewereld, zoals ook pedagoog Philippe Noens stelt. Maar door de snelle adoptie van de smartphone wordt de jeugd anders geïnformeerd dan de volwassenen die nog vooral steunen op de klassieke media, pers, radio en televisie. Bovendien ziet de wereld er via de smartphone voor iedereen anders uit door de algoritmes die informatie selecteren ‘à la tête du client’. En dan spreken we nog niet van de verwarring en het wantrouwen die de bewuste desinformatie veroorzaakt, alsook het grof misbruik van vertrouwen door niet enkel pedofielen maar ook door jeugdige leeftijdsgenoten. Psycholoog Jonathan Haidt concludeert dat digitale verslaving jongeren ziek maakt en hun ontwikkeling naar volwassenheid blokkeert.
Stapsgewijze voorbereiding van de jeugd op de verantwoordelijkheden van de volwassene
Het moet ons meer dan ooit doen nadenken over hoe we de jeugd het best voorbereiden op een leven volgens onze democratische waarden in de huidige, verwarring-verhogende, digitale wereld.
School, jeugdverenigingen, ouders, maar ook de politiek zouden de jongeren, nog meer dan nu het geval is, stapsgewijs en met correcte informatie over doeleinden en acties, kansen en verantwoordelijkheid moeten geven en ze hiervoor waarderen. Stemplicht aan 16 jaar is een goede stap in die richting.
Ik denk ook aan een meer duidelijke visie op de grote uitdagingen van deze tijd (klimaatverandering, migratie…) zonder dat die visie vastligt in een strakke planning zonder alternatieven. Ik denk aan de stimulering van fysieke ‘niet-virtuele/digitale’ ervaringen, contacten en gesprekken die diepgang, empathie en vriendschap vereisen. Ik denk aan versterkte structurele inspanningen om bewuste desinformatie door groepen volwassenen te ontmaskeren.
Bron: Knack