Steven Van Hecke: ‘Wat hebben we geleerd van de brexit?’
Uit het hele brexitproces, van het referendum in 2016 tot Brexit Day vandaag, vallen vijf belangrijke lessen te trekken.
Vandaag is het eindelijk zover: brexit means brexit. Toch minstens op papier vertrekt het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie. In de praktijk verandert voorlopig niet zo veel. Een overgangsperiode gaat van start en loopt sowieso tot eind dit jaar. Pas dan weten we hoe de toekomstige relatie met de Britten eruitziet. Toch kunnen al belangrijke lessen worden getrokken.
Les 1: Het lidmaatschap is tijdelijk
Vóór de brexit leek toetreding tot de EU onomkeerbaar, net zoals de Europese integratie. Niemand kon zich iets voorstellen bij de idee dat een lidstaat het voor bekeken houdt, laat staan dat een scenario klaarlag over hoe zo’n uittreding praktisch dient te verlopen, ook al bevatte het Verdrag van Lissabon een exitartikel.
Toegegeven, enkele extreemrechtse partijen flirtten met een vertrek uit de EU, maar daar werd weinig geloof aan gehecht. In de zomer van 2015 bleek het bovendien onmogelijk Griekenland uit de eurozone te zetten. De vrees voor een domino-effect was bijzonder groot en uiteindelijk haalden de politieke motieven het van de harde financieel-economische redenen om de Grieken aan boord te houden.
Maar een jaar later stemden de Britten zichzelf toch uit de EU. Deel uitmaken van de eurozone is echter nog een ander paar mouwen, vergeleken met ‘gewoon’ EU-lidmaatschap. De dam was niettemin gebroken, leek het. De Amerikaanse president Donald Trump twitterde vrolijk dat de Britten de eersten zijn die de EU verlaten maar dat nog veel landen zouden volgen.
Politici in de rest van de EU zijn meer dan ooit overtuigd van de voordelen van het lidmaatschap.
Zover kwam het niet. Integendeel, door de wijze waarop de Britse politieke klasse de zaak heeft aangepakt – of beter: heeft verknoeid – is veeleer een tegenbeweging op gang gekomen. Politici in de rest van de EU zijn meer dan ooit overtuigd van de voordelen van het lidmaatschap, alles welbeschouwd. Extreemrechtse partijen durven geen referendum over het EU-lidmaatschap meer voorstellen. En peilingen wijzen erop dat de EU sterk aan populariteit heeft gewonnen in brede lagen van de publieke opinie.
Thank you, Verenigd Koninkrijk. Maar toch ook: ‘let’s see.’ Volledig ondenkbaar is het niet meer dat een lidstaat op een bepaald ogenblik autonoom beslist de club te verlaten.
Les 2: Een uitstap vraagt tijd
De klus op een drafje klaren bleek een grote illusie, zowel aan de kant van Brussel als aan de kant van Londen. Het strakke tijdsschema van het fameuze artikel 50 blijkt nog steeds een gesel. Daar moeten de bollebozen aan het Schumanplein zich grondig over bezinnen, om een meer realistische en flexibele kalender op te stellen om de EU te kunnen verlaten.
Maar ook in Londen heeft men zich danig mispakt. Beslissen de EU te verlaten is één ding, iets anders is te weten wat in de plaats moet komen. Voor zover we dat al weten, en dat valt te betwijfelen, hebben de Britten na het referendum alleszins twee verkiezingen nodig gehad om daarover politieke eensgezindheid te vinden. Pas sinds eind vorig jaar heeft de premier Boris Johnson een duidelijke meerderheid in het House of Commons om voortgang te maken met de langverwachte brexit.
Les 3: Onderschat de eensgezindheid niet
Brussel heeft de bravoure van Johnson onderschat. Dankzij zijn verkiezingsoverwinning komt hij versterkt aan de onderhandelingstafel. De EU hoeft er niet meer op te rekenen dat de Conservatieven snel uit elkaar gespeeld worden.
Alleen een hereniging van het Ierse eiland biedt soelaas. Maar dat is buiten Londen gerekend. De brexit genereert zijn eigen nieuwe problemen.
Maar ook aan de kant van de EU is de eensgezindheid groot gebleken. Zo hebben alle lidstaten zich achter de bekommernissen van het kleine en kwetsbare Ierland geschraagd. Of dat front standhoudt als een nieuw handelsakkoord op tafel ligt, valt te bezien. De EU is zich van dat gevaar bewust en heeft beslist geen bilaterale gesprekken tussen Londen en de andere hoofdsteden toe te laten.
Les 4: De problemen zijn niet opgelost
De weerbaarheid is niet het hele verhaal. Een echte oplossing voor het vraagstuk van de Iers-Ierse grens is er nog niet. Het tijdelijke regime – op het grondgebied van Noord-Ierland zijn zowel de Britse als de Europese regelgeving van toepassing – moet zijn deugdelijkheid nog bewijzen. En het is niet de bedoeling dat de huidige schijnoplossing permanent blijft. Alleen een hereniging van het Ierse eiland kan soelaas bieden, maar dat is natuurlijk buiten Londen gerekend. Daarnaast baart het onafhankelijkheidsstreven van de Schotse regering zorgen. Met andere woorden: de brexit genereert zijn eigen nieuwe problemen.
Les 5: Een no-dealbrexit is niet van de baan
In de elf maanden die resten om een definitief akkoord af te sluiten tussen het VK en de EU zal blijken wat Johnson echt van plan is met zijn geliefde brexit. Brussel waarschuwt dat de tijd te kort is om alle aspecten van de toekomstige relatie te onderhandelen, terwijl Johnson niet wil horen van uitstel. Als de onderhandelingen mislukken en hij weigert verlengingen of een nieuwe tijdelijke regeling te aanvaarden, stevent Europa alsnog af op een no-dealbrexit. Het valt niet uit te sluiten dat de Britse premier daarop aanstuurt.
Op die manier zal blijken dat vrijdag 31 januari 2020 een symbolisch belangrijke maar geen beslissende datum is voor de toekomst van het VK en de EU.