Kolet Janssen: ‘Nooit meer als vroeger?’
De arrestatie van Dutroux was een echte game changer. Het had gevolgen voor de manier waarop we onze kinderen opvoeden. Maar we beslissen zelf welke impact we die feiten laten hebben op hun en ons leven. Precies zoals we dat ook met de terroristische aanslagen moeten doen.
Op 13 augustus 1996 zaten we met onze twaalfjarige dochters voor de tv en keken naar de beelden van de arrestatie van Marc Dutroux. In de jaren en maanden voordien waren er herhaaldelijk meisjes verdwenen en niet teruggevonden. Het was fijn om hen te kunnen zeggen dat Sabine en Laetitia nog leefden en weer naar hun ouders konden.
Vanaf die dag werd in onze maatschappij elke onbekende volwassene een potentieel gevaar voor kinderen
Minder fijn werd het de volgende dagen, toen bleek dat Julie, Melissa, An en Eefje geen geluk hadden gehad. Onze kinderen waren geschokt en wij nog meer. Een man in een wit bestelbusje, die even iets vraagt, hoe kun je je kinderen daarvoor waarschuwen? Onze kinderen gingen al jaren alleen naar school, een paar straten verderop. Het gebeurde regelmatig dat iemand hen aansprak: een oude meneer die zijn hondje uitliet, een vrouw in een auto die de weg zocht. Ze waren ooit zelfs bij een oud mevrouwtje mee naar binnen gegaan om even te helpen. Het klinkt in onze tijd bijna als kindermishandeling, maar zoiets was twintig jaar geleden niet ongewoon.
Vanaf die dag werd in onze maatschappij elke onbekende volwassene een potentieel gevaar voor kinderen. Ook al wist iedereen dat de kans dat een willekeurige voorbijganger slechte bedoelingen had, kleiner was dan het risico dat kinderen liepen bij het oversteken van de straat, toch werden we onwillekeurig achterdochtiger. Er waren nu eenmaal mensen met een zieke geest. Er waren gekken met messen of geweren. Er waren op het zicht brave pastoors of toffe trainers die een rare kronkel in hun brein hadden en dus te mijden waren.
We betalen een hoge prijs
Sindsdien zijn er bijna geen kinderen meer die nog alleen naar school gaan, zelfs als ze vlakbij wonen. Crèches en scholen zitten op slot en je komt er niet in als je er niets te maken hebt. Veel ouders gebruiken de mobieltjes van hun puberkinderen om hen in het oog te houden, als ze niet thuis zijn. Want we zouden het onszelf nooit vergeven als we door onoplettendheid onze kinderen in gevaar brengen. Dat lijkt de prijs die we willen betalen voor de veiligheid van onze kinderen.
Ook een onredelijke angst heeft dus gevolgen voor ons doen en laten. Kinderen worden meer beschermd sinds Dutroux, net zoals sommige mensen drukke plaatsen of massabijeenkomsten mijden sinds de aanslagen van Parijs en Brussel. De kans dat er daadwerkelijk iets misgaat is belachelijk klein, maar het lijkt het enige wat we kunnen doen. Ook al weten we diep vanbinnen dat het eigenlijk niet helpt.
Geen trauma voor het leven
Wij hebben er destijds over nagedacht, twintig jaar geleden. Hoe konden we onze kinderen het best beschermen? Door hen voortaan niet meer alleen over straat te laten lopen? We konden hen toch moeilijk tot hun twintigste (of langer!) aan het handje houden. Door hen wantrouwig te maken naar alle volwassenen toe? Door hen te leren om niet te reageren als iemand hen iets vroeg? Of juist door hen weerbaar te maken? En dat kan alleen door hen ervaring te laten opdoen in het omgaan met en inschatten van mensen. Ooit kwamen ze inderdaad een ‘raar meneertje’ tegen, dat zijn broek had openhangen. Of een psychisch labiele vrouw die voor zich uit liep te roepen. Ze zijn giechelend weggelopen en het heeft hen geen trauma voor het leven bezorgd.
Op dit moment lijkt onze samenleving eerder doorgeslagen naar overdreven bescherming.
Kinderen en jongeren mogen weten wat er in de wereld te koop is. Het mag geen reden zijn om hen altijd binnen of in ons blikveld te houden. Door kinderen de kans te ontnemen om op eigen kracht te leren reageren op mensen van diverse pluimage, help je ze niet vooruit. Volledige bescherming bieden aan je kinderen is een illusie. Zodra ze geboren zijn, kunnen ze luieruitslag krijgen of krampjes. Later zijn dat kinderziektes of teleurstellingen op de speelplaats. En nog later tegenvallende toetsen of liefdesverdriet. Zo worden kinderen weerbaar en daar hebben ze nog hun hele leven plezier van. En op het werk, in de buurt, in de politiek en in onze vriendenkring hebben we allemaal liever te maken met mensen die open zijn en iemand durven vertrouwen, dan met mensen die zich afsluiten en in iedereen het slechtste vermoeden. In de opvoeding komt het erop aan de juiste balans te vinden tussen weerbaar maken en bescherming bieden. Op dit moment lijkt onze samenleving eerder doorgeslagen naar overdreven bescherming.
Dutroux en nog een paar andere misdadigers zijn gestraft. Wat ze uithaalden kan nooit helemaal goedgemaakt worden. Maar we kunnen er wel met zijn allen voor zorgen dat de impact van hun daden niet nog groter wordt dan redelijk. Het heeft geen zin om verkrampt te reageren op mensen die een beetje vreemd doen of op iedereen die er anders uitziet dan wij. De meeste mensen die we op straat kruisen, hebben geen kwade bedoelingen. Als er iets gebeurt, staan ze aan onze kant. Het kan geen kwaad om dat af en toe goed te laten doordringen en elkaar dan ook zo te benaderen.