Elisabeth Eneman: ‘Vergoeding van de overheid niet nodig? Schenk het geld weg’
Onlangs merkte ik dat iemand 202,68 euro naar mijn rekening had overgeschreven. Een weldoener? Al snel zag ik dat het om de water- en energievergoeding van de Vlaamse overheid ging. Dat verbaasde me: ik ben wel deeltijds technisch werkloos, maar dankzij de uitkering van de hulpkas merk ik als vijfentwintigjarige – ik ben nog geen jaar aan het werk als bediende – weinig verschil in mijn loon. Blijkbaar gaat deze vergoeding naar iedereen die minstens één dag technisch werkloos is tijdens de lockdown. Voor mij is het gewoon een fijn extraatje: als cohouser betaal ik een beperkt vast bedrag aan water en energie. Bovendien ben ik enkele weken bij mijn ouders gaan wonen en gaf ik minder geld uit dan anders. Daardoor kon ik sparen.
Deze milde weldaad smaakt bitterzoet. Ik vraag me af hoeveel personen die in een gelijkaardige situatie zitten, deze energievergoeding krijgen, terwijl ze dat eigenlijk niet nodig hebben. Ik denk terug aan de enorme besparingen op cultuur. Ondertussen loopt het Vlaamse begrotingstekort op tot 6,5 miljard euro. Er komen dus niet meteen betere tijden aan voor de Vlaamse culturele en sociale organisaties.
Ik besef dat ik en veel van mijn vrienden bevoorrecht zijn: we komen niets tekort, zelfs niet in deze moeilijke tijden. Ik weet dat deze vergoeding voor velen wel nuttig of zelfs broodnodig is. Daarom wil ik ook niet doorbomen over het negatieve ervan. Het positieve is dat ik zelf kan kiezen waar en bij wie deze vergoeding terechtkomt. Ik hoop dat iedereen die ze krijgt zonder ze nodig te hebben, het geld nuttig besteedt. Bijvoorbeeld door het aan iemand anders te geven.
Zelf weet ik al wat ik ermee zal doen. Met een vriend heb ik samen een groepje ‘One for All’ opgericht: onder elkaar – ondertussen zijn we met dertig vrienden – maken we de afspraak om één procent van ons inkomen te doneren aan goede doelen. Via een Facebookgroep inspireren we elkaar om Belgische en internationale organisaties te steunen. Ik blijf één procent weggeven. Daarnaast zal ik het grootste deel van de vergoeding die ik kreeg aan Vlaamse culturele en sociale verenigingen schenken. Een kleiner deeltje zal ik weldra met plezier spenderen in de Leuvense horeca, want ook die kent moeilijke tijden.
Bron: De Standaard