Paul Quirynen: ‘Afscheid van een kardinaal’
Het bericht van vandaag verwonderde mij niet … Kardinaal Godfried Danneels had reeds maandenlang en gaandeweg enigszins afscheid genomen van de openbaarheid doordat hij nog moeilijk kon spreken en zijn wijze gedachten nauwelijks nog kon verwoorden.
Professioneel was ik niet betrokken bij het dossier Operatie Kelk waardoor ik steeds een vrijheid behield om eerlijk te spreken. Dit pijnlijk dossier heeft ons evenwel samen gebracht en vele uren hebben wij gepraat over die zwarte bladzijden van de kerkgeschiedenis. In verbondenheid met enkele andere vrienden van de Kardinaal kwamen wij regelmatig samen en hebben wij Godfried Danneels tijdens de laatste jaren heel wat steun, vriendschap en verbondenheid kunnen schenken. Het dossier van kindermisbruik was voor de Kerk een breuklijn maar ook een kans om fundamenteel na te denken over wat voorheen verkeerd was gegaan. Alleszins hebben onze kerkleiders toen hun verantwoordelijkheid genomen om waarheid waarheid te doen zijn en om zorgzaam om te gaan met pijnlijke wonden bij slachtoffers. Ook het principe van afstand van juridische verjaring werd uiteindelijk aanvaard om slachtoffers te vergoeden. Buiten de Kerk heeft geen enkele andere organisatie dergelijk initiatief genomen.
Kardinaal Danneels was evenwel steeds de kop van jut en werd steeds beladen met alle zonden van Israël ondanks het feit dat hij reeds op pensioen was en zijn opvolger als aartsbisschop dit dossier wilde minimaliseren. Het was soms pijnlijk vast te stellen welke sfeer er werd gecreëerd en hoe weerloos een mens is tegenover verhalen en insinuaties allerhande , die uiteraard gretig werden gepubliceerd. De paradox is echter dat Kardinaal Danneels zelf voorheen het initiatief had genomen om de kwaal van misbruik te bestrijden. De commissie met Peter Adriaenssens als voorzitter was reeds in werking vooraleer justitie dit dossier letterlijk en figuurlijk op straat bracht. Anno 2010 was Kardinaal Danneels evenwel de enige zondebok voor alles wat ooit verkeerd was gelopen.
Wij betreurden vooral dat door heel dit gebeuren de Kardinaal leed aan geloofwaardigheid dan wanneer hij voorheen zoveel inspanningen deed om mensen met elkaar te verbinden, respect te hebben voor eenieder en steeds te kiezen voor een uitweg van dialoog en verzoening. “Geloof” en “waardigheid” zijn voor hem zo betekenisvol geweest en vormden ook zijn grondhouding voor zijn optreden als Bisschop van Antwerpen en later als Aartsbisschop van Mechelen – Brussel en ook als Kardinaal met een eigen verantwoordelijkheid voor de wereldkerk.
Bij de Kardinaal en bij vrienden die hem steunden was er ook de droefheid dat een ganse kerkgemeenschap als het ware “in ongenade” dreigde te vallen en dat een publieke opinie nauwelijks nog aandacht had voor de betekenis die religie en zingeving kunnen hebben bij de opbouw van een verdraagzame samenleving. Het was voor mij een voorrecht om zo vriendschappelijk om te gaan met een Kardinaal, die mij ook zo graag vertelde over zijn jeugdjaren in Kanegem en Tielt, over zijn academische loopbaan en over zovele dingen die hij als medemens had beleefd.
Kardinaal Godfried Danneels was erg blij bij de laatste pauskeuze. Hij was overtuigd dat zijn vriend en zielsverwant Jorge Bergoglio de beste keuze was en dat Paus Franciscus een goed kerkleider zou worden voor de kerk van morgen.
Met een citaat van M. L. King wil ik deze getuigenis afsluiten en denk ik de inspiratie van Godfried Danneels juist te duiden : “Met dat geloof zullen we uit de wanhoopsberg de steen van hoop kunnen houwen…”
Paul QUIRYNEN
14.03.2019