Kolet Janssen: ‘Advent en corona: een oefening in wachten’
Nu het wachten ‘incontournable’ is geworden voor ons allemaal, kan het handig zijn om ons te laten inspireren door wie al eeuwenlang ervaring heeft met een wachtperiode.
Een van de dingen die ons in deze coronatijden het moeilijkst vallen, is het eindeloze wachten. Wachten tot de besmettings- en opnamecijfers dalen. Wachten tot we weer meer mensen mogen ontmoeten. Wachten tot de gewone winkels, de restaurants, de musea en de bioscopen weer opengaan. Wachten tot er weer afwisseling in onze dagen komt en we niet meer overal een mondmasker moeten bovenhalen. Wachten tot er een vaccin komt, tot we ingeënt zijn, tot er genoeg mensen gevaccineerd zijn. Er lijkt geen einde te komen aan het wachten. Soms geven we het wachten op en dan moeten we het meteen bekopen: de cijfers stijgen weer en we moeten nog langer wachten.
Het wachten verleerd
Want we zijn met zijn allen niet meer goed in wachten. We hebben dat de afgelopen decennia verleerd. We kopen meteen op afbetaling waar we vroeger jarenlang voor spaarden. We mailen en appen en verwachten onmiddellijk antwoord, in plaats van een week te moeten uitkijken naar een brief met reactie. We vinden online iets wat we ons willen aanschaffen en rekenen erop dat het de volgende dag aan onze deur wordt bezorgd.
Inspiratie bij de advent
Misschien kunnen we ons licht opsteken bij christenen. Die houden immers in dit seizoen hun jaarlijkse oefening in wachten: de advent. Vier weken lang kijken ze uit naar de komst van Jezus met Kerstmis. Die staat natuurlijk al eeuwenlang van tevoren vast, dus het is een vreemde manier van wachten. De adventsperiode lijkt nodig om aan Kerstmis ook echt inhoud te geven. Dat God zich laat zien in wat klein en kwetsbaar is, daar moeten ook christenen elk jaar opnieuw aan wennen. Ze moeten het laten doordringen en ernaar gaan handelen. Daar heb je dus tijd voor nodig.
Voordelen van wachten
Hierbij enkele tips van christenen over hoe zij die wachttijd optimaal benutten. Het kan ons allemaal misschien van pas komen.
- Wachten doe je best samen. In je eentje wachten terwijl de mensen om je heen voorthollen, is dubbel frustrerend. Samen wachten maakt de coronatijd ook leefbaarder. Iedereen heeft ermee te maken: onze hele familie, onze vrienden en buren, het ganse land en zelfs de hele wereld. Voor de ene mens zijn de gevolgen erger dan voor de andere. Maar toch: we hebben er allemaal last van. En al blijft het vervelend, toch helpt het om samen in hetzelfde schuitje te zitten. Om te beseffen dat niemand eraan ontsnapt. Het duurt zo lang als het duurt, voor ons allemaal.
- Wachten zet aan tot reflectie. We hebben er tijd voor en we moeten keuzes maken. We denken na over wat misschien anders kan en moet. We maken van de nood een deugd: als het niet kan zoals we het willen, dan moet het maar anders. En misschien blijkt dat soms zelfs beter. We nemen ons voor om sommige dingen niet meer zo ver te laten komen. We gaan op zoek naar alternatieven. Hier en daar slaan we een andere weg in. Wachten kan je leven een nieuwe draai geven.
- Wachten maakt je solidair met alle mensen die moeten wachten. Net zoals de moslims in hun ramadan meeleven met mensen die honger hebben. Door te wachten erken je dat je in het leven niet alles in eigen handen hebt. En zo staan we zij aan zij met mensen die om allerlei – vaak onprettige redenen – moeten wachten. Kankerpatiënten, die van onderzoek naar chemo naar onderzoek wachten. Koppels met een onvervulde kinderwens, die maand na maand hopen en wachten. Werklozen die van sollicitatie naar sollicitatie de moed erin moeten houden. Arme mensen waar dan ook, die wachten op betere tijden. En nog zoveel anderen. Door mee te wachten staan we opeens niet meer boven al die mensen. We staan een klein beetje mee in hun schoenen.
- Wachten maakt je weerbaarder. Vroeg of laat kom je in je leven terecht in een periode van wachten. Een terminaal ziek familielid, een zwangerschap met problemen, een onzekere werksituatie, een lange zoektocht naar een woning, een serieuze dip in je relatie… Dat soort problemen zijn helaas niet met een vingerknip op te lossen. We moeten geduld oefenen en er het beste van maken. We leren onderscheid maken tussen wat we kunnen doen om de zaak een duwtje in de goede richting te geven, en wat buiten onze macht ligt. Een oefening in geduld en nederigheid. Ervaring in wachten kan dan helpen om het vol te houden, omdat je weet dat er ooit een einde komt aan het wachten. En ook omdat je weet dat het wachten zelf je dingen heeft geleerd.
- Wachten geeft je slagkracht op lange termijn. Heel veel grote wereldproblemen zijn niet in een handomdraai op te lossen. Een rechtvaardige verdeling van inkomens. Wegwerken van uitbuiting, misbruik en corruptie. Goed onderwijs en goede gezondheidszorg voor iedereen. Een duurzame omgang met onze planeet. Heel wat mensen zetten er zich op een of andere manier voor in. Maar als de resultaten slechts traag zichtbaar worden of als de problemen soms nog erger lijken te worden, verliezen mensen weleens de moed. Zal het ooit nog lukken? Mensen met ervaring in wachten, weten dat niet alles binnen de tijdsspanne van hun leven zal opgelost zijn. En toch houden ze vol. Wachten helpt hen om de waarde te zien van hun eigen kleine bijdrage in het grote geheel.
De Anglicaanse tak van de christenen vierde op de laatste zondag voor de advent ‘Stir-up Sunday’, de dag waarop de ingrediënten voor de traditionele Christmas Pudding worden gemengd en gestoomd. Daarna moet die pudding bewaard worden tot Kerstmis, waarop hij wordt opgewarmd en gegeten. ‘The proof of the pudding is in the eating’, zegt het spreekwoord. Dat geldt ook voor al ons wachten, op corona of op Kerstmis. Pas later zullen we zien wat het ons heeft opgeleverd.
Bron: De Wereld Morgen