Jan Goossens: ‘Vrouwen zijn grootste slachtoffers in Congo’
In Oost-Congo krijgen de vrouwen niet alleen te maken met discriminatie, maar ook met oorlog en permanente onveiligheid. Tijd dat het regime in Kinshasa hen meer bescherming biedt, zegt Jan Goossens.
Onlangs was ik op de Congolese ambassade in Brussel om er mijn paspoort met visum voor een reis naar Oost-Congo af te halen. Op het tafeltje in de wachtzaal lagen overschotten van mapjes die gedrukt werden ter gelegenheid van het officiële bezoek van president Félix Tshisekedi aan België, in september 2019. Het moet nog in de roes na de ‘verkiezingsoverwinning’ van Tshisekedi geweest zijn dat de copywriters zich op de teksten hebben gestort, want in de folders werden hyperbole intenties uit de doeken gedaan over een nieuw tijdperk in Congo.
Het leek op een reeks losse ideetjes, maar tegen het licht gehouden zijn ze een doorslag van de vijf werven (‘les 5 chantiers’) die voormalig president Joseph Kabila destijds op de Congolezen losliet. Zijn beloofde galactische verwezenlijkingen bleven steken in wat we, met enige goodwill, intenties kunnen noemen.
Naar aanleiding van de Internationale Vrouwendag pik ik er drie pijlers uit: ‘vrede in Congo’, ‘zelfstandigheid voor vrouwen’ en ‘strijd tegen armoede, uitsluiting en kwetsbaarheid’.
Holle slogans
Met de moord op de Italiaanse ambassadeur, Luca Attanasio, zijn lijfwacht en zijn chauffeur(DS 23 februari)kreeg Oost-Congo weer even aandacht in de pers en werd de onveiligheid in de regio voor de zoveelste keer onderstreept. Niet in het minst voor de vrouwen. President Tshisekedi bood in zeven haasten zijn excuses en medeleven aan de Italiaanse overheid aan en maakte zich sterk dat de daders zouden gestraft worden. Een belofte die al verdampte nog voor ze uitgesproken was. Het kluwen in Oost-Congo is zo groot, zoeken naar de schuldigen is als jagen op spoken.
De drie pijlers zijn loze woorden. Holle slogans. Verkrachting, seksuele slavernij en uitbuiting zijn voor heel wat vrouwen een realiteit in Oost-Congo, een regio waar talloze milities blind geweld gebruiken in de strijd om mineraalrijke gronden. Daarenboven leeft de bevolking in een maatschappij die door de afwezigheid van een functionerende overheid zelf haar spelregels is gaan bepalen en waarin de zwaksten de grootste slachtoffers zijn. Laat dat nu net vrouwen zijn. Maar Tshisekedi heeft het druk. Nu hij zich bevrijd heeft van het Kabila-juk, vraagt de samenstelling van een nieuwe regering veel aandacht. Ook zijn aanstelling als kersvers voorzitter van de Afrikaanse Unie slorpt een deel van zijn tijd op.
Van nieuwe tijdperken en strategische assen komt niets in huis, als niet eerst de veiligheid in Oost-Congo gegarandeerd wordt. Dat net die veiligheid de achillespees van het huidige regime is, werd onderstreept door de moord op de Italiaanse ambassadeur. De aandacht die het voorval krijgt, zou Tshisekedi kunnen aangrijpen om de internationale gemeenschap rond de tafel te krijgen en de inmenging vanuit omliggende landen aan te kaarten. Het rapport daarover van de VN-experten, dat begin januari verscheen, laat daar geen twijfel over bestaan. Maar van rapporten (zoals het fameuze Mapping Report, dat dr. Mukwege onder de aandacht bracht) is genoegzaam geweten dat ze in de prullenmanden van de internationale instellingen verdwijnen.
De internationale gemeenschap doet alsof haar neus bloedt omdat ze te veel te verliezen heeft als er transparantie zou komen in de grondstoffenhandel in Oost-Congo. En dus laat ze de plunderende, binnenlandse en buitenlandse partijen liever betijen, ten koste van de lokale bevolking.
Moderne aflatenhandel
Op 6 februari was de Noorse ambassadeur te gast bij de Congolese minister van Milieu. Er werd een contract getekend voor steun aan de bescherming van de Congolese wouden. Congo kreeg van Noorwegen ook meteen het statuut van bevoorrechte partner. Enkele weken later lees ik dat Noorwegen het laboratorium is voor elektrische wagens(DS 23 februari).
Spontaan gaat er dan een rood licht bij mij knipperen, want kobalt is onmisbaar voor de productie van batterijen en de ontginning ervan gaat dikwijls gepaard met kinderarbeid en zware milieuverontreiniging. Dan rijst een dubbele vraag: is het behalen van de Green Deal-doelstellingen voor het Westen de queeste waarbij het doel de middelen heiligt? Of wordt er geprobeerd om via lokale projectfinanciering het geweten te sussen, een soort moderne aflatenhandel?
Die dubbelzinnigheid is een belangrijke reden voor de onveiligheid in Oost-Congo. Voeg daarbij een Congolees staatssysteem dat gericht is op persoonlijke verrijking en het laat zich raden dat de lokale bevolking zich volledig aan haar lot overgelaten voelt. En op bescherming hoeft ze al helemaal niet te rekenen: de VN-vredesmacht voor Congo, de Monusco, is een geldverslindende, tandeloze machine en van het Congolese leger weet je nooit zeker of het meeheult met de milities.
Vandaag is het Internationale Vrouwendag. Ook in Congo zullen vrouwen de straat op trekken. Ze zullen pleiten voor meer respect voor vrouwen en een leven zonder angsten. Wereldwijd hebben vrouwen en meisjes af te rekenen met geweld, discriminatie en ongelijkheid. Denk aan huishoudelijk geweld, gedwongen huwelijken en seksuele uitbuiting. In Oost-Congo komt daar nog de oorlogssituatie bij, met haar permanente onveiligheid. Op sommige plaatsen kunnen vrouwen niet meer onbekommerd naar het veld trekken. Maar ze hebben geen keuze, want wie zorgt er anders voor dat hun kroost te eten krijgt? Het gevaar ligt steeds op de loer. De ontelbare milities in de regio veroorloven zich verkrachting en ontvoering.
Belgische betrokkenheid
Mocht Tshisekedi nog eens naar België komen voor een officieel bezoek, dan hoop ik dat de Belgische regering zich echt beraadt over de afweging tussen economische belangen en mensenrechten en hem een amicale, maar niet mis te verstane boodschap meegeeft. Dat heeft niets met misplaatst neokoloniaal paternalisme te maken, maar alles met een geëngageerde betrokkenheid. Verschraalde boodschappen en wollige retoriek leiden nergens toe. Want als je altijd op je tenen loopt, kun je geen blijvende sporen nalaten. Dat is België verplicht aan Congo, aan de Congolezen en in het bijzonder aan de Congolese vrouwen. De copywriters van de nieuwe folders van het regime in Kinshasa denken dan best goed na over de beloftes die ze erin neerpennen.
Bron: De Standaard