Kolet Janssen: ‘Wereldburgers’
Waar blijft de breeddenkendheid?
Overigens krijg ik niet de indruk dat het aantal reizen dat iemand maakt een evenredige toename veroorzaakt in zijn breeddenkendheid en wereldburgerschap. Vlamingen reizen veel, maar maakt het hen ook meer betrokken op de rest van de wereld?
Af en toe geef ik een lezing ergens in Vlaanderen. In ‘Zwanzegem’ bijvoorbeeld, om er een fictieve naam op te plakken. Als ik dan van de trein word gehaald door de vriendelijke bibliothecaris van de gemeente, informeer ik in de loop van het gesprek wel eens beleefd of hij ook van de streek is. Meestal is het antwoord volmondig ‘neen’. Hij is immers afkomstig van ‘Leutergem’, wel acht kilometer verderop. Als ik aangeef dat toch redelijk dichtbij te vinden, steekt hij van wal met een onderbouwde argumentatie waaruit moet blijken dat die van Zwanzegem heel andere mensen zijn dan die van Leutergem.
‘Vriendelijk in je gezicht, mevrouw, maar als je je omkeert, steken ze een mes in je rug!’ Hij zou voor geen geld in Zwanzegem kunnen wonen. Slechts met moeite houdt hij zich daar staande als bibliothecaris. Ik knik verbijsterd. Even later vang ik op dat de bibliothecaris net terug is van een reis naar Sri Lanka, waarbij hij terloops laat merken dat hij de mentaliteit van de diverse groepen in de bevolking daar volledig doorgrondt. Ik weet niet of ik afgunst of medelijden moet voelen.
Naar het Zwarte Woud
Als ik van mijn huis naar het winkelcentrum van mijn stad loop, hoor ik gemiddeld zes andere talen, waarvan minstens drie die ik niet kan verstaan. Ik geniet van die klanken, die gratis op mijn eigen stoep voorbij komen. Veel liever dan te reizen naar de binnenlanden van Afrika, zou ik in contact willen komen met de mensen in mijn eigen stad die samen de hele wereld vertegenwoordigen. Dat is niet onmogelijk. Soms oefen ik Nederlands met een Iraanse buurvrouw terwijl ik strijk. Af en toe vang ik een glimp op van wat zij meemaakte. Reizen kan soms heel dichtbij zijn.
Binnenkort trek ik naar het Zwarte Woud. Een vakantiebestemming die zo volledig ‘uit’ is, dat ze waarschijnlijk over een paar jaar weer hip wordt. Daar wil ik liever niet op wachten en dus ga ik nu, om er te wandelen en te kijken en te ruiken en te luisteren naar een portie stilte. Van de mensen die tot voor kort koekoeksklokken knutselden, ga ik niets begrijpen, denk ik. We zullen zien.
Bron: De Redactie – 13 juli 2014