Kolet Janssen: ‘Witte Donderdag in dagen van terreur’
Soms durf je het bijna niet meer hardop te zeggen. Dat het Pasen is, het feest van het leven dat sterker is dan de dood. Terwijl er bijna elke week slachtoffers vallen in vrolijke steden. De doden en gewonden zijn mensen met niets kwaads in de zin. Mensen die gewoon wilden leven, maar die aanliepen tegen dood en verwoesting, die hen door andere mensen werden aangedaan. Kan je als gelovige dan nog opkomen voor het leven?
Pasen valt vast niet toevallig in de lente. De levensdrang waarmee de blaadjes aan de bomen uit hun knoppen barsten, is onmiskenbaar. Je hoeft er niet voor te geloven om dat te zien. Dat het leven sterker is dan de dood, daar valt in dit seizoen wel iets voor te zeggen. Overal priemen er plantjes door de grond en beginnen er dieren te fluiten of te zoemen. Ook mensen komen meer naar buiten nu de zon weer aan kracht wint. Maar dat loopt niet altijd goed af. Want met de regelmaat van een klok worden we opgeschrikt door bomaanslagen en moordende vrachtwagens. Soms lijkt het alsof de dood en het kwaad alomtegenwoordig zijn, en niet te stoppen.
Ook in het christelijk geloof liggen leven en dood heel dicht bij elkaar. Op Goede Vrijdag treuren we om al het onrecht en alle slachtoffers daarvan wereldwijd. Ook Jezus kon het kwaad niet tegenhouden. Ook hij ging dood. Maar niemand kreeg hem kapot. Zijn geloof in de kracht van het goede inspireert nog steeds mensen overal ter wereld. Mensen die aan de kant gaan staan van iedereen die verdriet, pijn en onrecht ondergaat. Omdat alleen zo het kwaad kan overwonnen worden.
Drie dagen lang zwijgen de kerkklokken in katholieke kerken: van Witte Donderdag tot in de Paasnacht. Het valt bijna niet meer op in onze lawaaierige samenleving. Ze zwijgen om ons stil te laten staan bij het lijden van Jezus en van zo veel andere mensen. Christenen beseffen dat het kwaad overal aanwezig is, tot in hun eigen hart toe. Maar tegelijk beseffen ze: er is altijd hoop. Want op Paasmorgen luiden de klokken opnieuw. Dan klampen christenen zich opnieuw vast aan elkaar en aan God, en gaan ze aan de slag om de wereld een beetje menselijker te maken.
Wie gelooft, belijdt dat het goede sterker is dan het kwade. Ook al lijkt het soms omgekeerd. De God van elke grote godsdienst wil dat mensen leven, dat het kwade geen kans krijgt, dat het goede de bovenhand haalt.
Pasen is dus het feest van “we geven het niet op”. We blijven erin geloven, soms met de moed der wanhoop. Omdat het kwade nooit de bovenhand mag halen.