Elisabeth Eneman: ‘Geven, krijgen en weer doorgeven: kan je met microkredieten investeren in een meer gelijke samenleving?’
Is 2022 het ideale jaar om een eerste woning te kopen? De registratierechten om een enige eigen woning te kopen daalden dit jaar tot drie procent, terwijl je in 2021 nog zes procent registratierechten betaalde. Daarbovenop zouden de woningprijzen minder snel stijgen. Toch blijft een woning aankopen en een bijhorende lening aangaan voor velen een dure en soms onmogelijke investering. Vooral het hebben van voldoende startkapitaal blijft een belangrijke voorwaarde van de meeste banken en een heikel punt voor vele geïnteresseerden.
Zouden kopers van een enige eigen woning in 2022 nu effectief drie procent minder betalen? Als ik als Leuvenaar de woningprijzen zie, vraag ik me af of deze ‘winst’ van drie procent niet verschoven is: je betaalt dit bedrag inderdaad niet meer aan registratierechten, maar bied je dit bedrag niet gewoon extra als aankoopprijs? Ik merk dat de woningprijzen echt hoog op kunnen lopen, daar sprak iedereen over na het programma Blind Gekocht (het dromen van een huis in Kessel-Lo).
De hindernis van de eigen inbreng
Zoals iedereen weet, als je naar de bank gaat voor een lening, zal de eerste vraag van de bankier zijn “Welk budget kan uzelf inbrengen?” eerder dan de vraag “Hoeveel heeft u nodig?”. Vele banken vragen om een eigen inbreng van circa tien procent van de totale aankoopprijs. Nochtans hebben jongeren die aan het begin van hun loopbaan staan eerder een lager inkomen en minder spaargeld dan wanneer ze bijvoorbeeld al vele jaren aan het werk zijn. Een potentiële koper die geen lening kan aangaan, zal bijgevolg noodgedwongen moeten sparen, huur blijven betalen en door de steeds stijgende huizenprijzen, misschien steeds moeilijker aan dat startkapitaal van circa tien procent geraken. Voor zij die geen beroep kunnen doen op hulp van buitenaf, is dit toch een onrechtvaardige situatie? De redenering van de banken is namelijk als volgt: hoe meer men reeds bezit, hoe kredietwaardiger deze persoon wordt bevonden en hoe meer hij ook zal mogen ontlenen van de bank. Wie hier goed op scoort, zal deze lening ook aan een gunstige interestvoet mogen aangaan. Toch is deze vanuit het standpunt van de bank begrijpbare redenering ook onlogisch; kan een lening aan een persoon met weinig startkapitaal niet minstens even waardevol zijn?
Verschillende goedbedoelde alternatieven
Het Vlaams Woningfonds kan een hulp bieden als je startkapitaal als koper niet groot genoeg is en staat gemakkelijk leningen op dertig jaar toe, zo kan het Vlaams Woningfonds een springplank bieden bij je eerste aankoop. Ze hanteren echter strenge voorwaarden: je gezinsinkomen dient onder een bepaald maximaal inkomen te liggen en je aan te kopen woning mag niet hoger zijn dan een bepaalde prijs, dit hangt los van de kredietwaardigheid van de koper. Ook al verschillen deze bedragen per gemeente en zijn ze afhankelijk van het aantal personen dat in de woning zal wonen, naar Leuvense normen ligt deze maximale toegelaten aankoopprijs van een woning in Leuven redelijk laag. Het zou mooi zijn moesten deze leningen toegankelijker en breder gemaakt kunnen worden, om meer mensen die onvoldoende startkapitaal hebben ‘krediet’ in beide betekenissen van het woord te kunnen geven.
De Stad Leuven is ook met een mooi alternatief gekomen: tegenwoordig kan je woningen huren van het autonoom gemeentebedrijf van de Stad Leuven en kan je een deel van je huurprijs recupereren bij je eerste aankoop in Leuven, of één van de deelgemeenten. Dit is ook gekoppeld aan een jaarlijks maximaal inkomen, maar lijkt wel open om na de huurperiode eender welk huis of bouwgrond aan te kopen. Het grootste probleem van dit initiatief lijkt zijn succes: het zou redelijk lang kunnen duren vooraleer je een woning kan huren omdat het (tot nu toe) om een klein project gaat.
Microkredieten om de samenleving – en (jonge) kopers – vooruit te helpen?
Voor personen die door banken als weinig kredietwaardig worden beschouwd, enkel aan hoge interestvoeten zouden mogen lenen, of ver van banken wonen, kan een microkrediet hun leven veranderen. Een microkrediet is – zoals de naam laat vermoeden – een lening voor een relatief klein bedrag dat bijvoorbeeld toegekend wordt aan ondernemers die een startkapitaal nodig hebben om hun plan te verwezenlijken. Ze betalen het bedrag terug van zodra ze kunnen. Zou men niet hetzelfde kunnen doen bij bijvoorbeeld jongeren die een lening willen aangaan voor hun huis, maar niet voldoende eigen inbreng hebben? Ze kunnen dit bedrag dan terugbetalen wanneer ze bijvoorbeeld een hoger loon hebben. Een microkrediet zou misschien ook een oplossing kunnen bieden voor eigenaars die weinig eigen middelen hebben om hun woning ecologisch te renoveren. Met de premie die ze achteraf krijgen of met de winst die ze achteraf boeken door het lagere energieverbruik, kan de voorfinanciering terugbetaald worden. Enkele maanden geleden werd er door televisiekijkend Vlaanderen nog meer dan dertigduizend euro ingezameld als crowdfunding voor het koppel dat net naast de hoofdprijs (een huis) in “Huis gemaakt” greep. Mochten ze dat nu geven via een microkrediet, misschien zou er dan later nog een ander koppel plezier van kunnen hebben? Als er al zo veel gulle schenkers zijn in Vlaanderen, zouden er dan niet nog een stuk meer gulle uitleners bestaan?
Geven, krijgen en weer doorgeven
Zelf ben ik voor het eerst in aanraking gekomen met microkredieten op mijn vijfentwintigste verjaardag. Als verjaardagscadeau gaf een vriend mij vijftig euro tegoed op de website KIVA. Van Zalando, Amazon, Bol.com had ik al gehoord, maar de webshop KIVA kende ik niet. Al snel bleek dat ik er volledig naast zat: het ging niet over een cadeau dat ik voor mezelf moest uitkiezen, eerder over een ‘cadeau’ dat ik aan anderen mocht geven, of beter mocht uitlenen. KIVA is een site waarbij je gemakkelijk een microkrediet kan uitlenen.
Zo mocht ik dus vijftig euro renteloos uitlenen aan personen die om een krediet vragen op KIVA. Op deze site stellen bijvoorbeeld studenten zich voor om een lening aan te vragen voor een computer, winkeliers om een startkapitaal te verzamelen voor het openen of uitbreiden van hun winkel en ook belangengroepen om deze microkredieten te delen onder wie van hen het nodig heeft voor zijn beroep. Ik koos om dit microkrediet uit te lenen aan “KK Gaba Womens group” in Kampala (Oeganda), een groep ondernemende vrouwen. Een veertigtal andere personen gaven hun ook een microkrediet, in totaal goed voor ongeveer 1.600 euro, waarvan na een vijftal maanden, al meer dan de helft was terugbetaald. Eén van de vrouwen gebruikt het om voorraden te kopen voor haar winkel. Gedurende de looptijd van het krediet, krijg ik ongeveer tweewekelijks een e-mail dat er opnieuw een deel van het krediet werd afbetaald. Het deel dat ik al terugkreeg, kan ik dan weer opnieuw uitlenen en zo blijft het verhaal verder gaan.
Natuurlijk is KIVA niet de enige manier om aan microfinanciering deel te nemen, er zijn ook veel andere initiatieven die op microkredieten focussen, zoals bijvoorbeeld BRS. Zo ontmoet je op de site van BRS vele personen uit het Zuiden die een microkrediet gebruiken om hun beroep of handel verder uit te bouwen. Koen Peeters en Jeroen Janssen schreven hier een mooi kort boekje over: “Drie mandjes uit Rwanda”. Er wordt gevraagd om het boekje te lezen en dan opnieuw door te geven, helemaal volgens de wijze waarop microfinanciering werkt. In ieder geval ben ik blij, dat ik dankzij dit origineel cadeau één van deze steeds verdergaande verhalen van dichtbij mag volgen en zo deel kan uitmaken van de onophoudelijke ketting van geven, krijgen en weer doorgeven.
Bron: Knack