Kolet Janssen: ‘Wie is de échte “Mens van het jaar?”‘
Hebben we ze nu nog niet allemaal gehad? De sportvrouwen, -mannen, -persoonlijkheden van het jaar? De prijzen voor beste song, act, album of levenslange prestatie? De vrouw, de man, het beeld, het woord, de slogan van het jaar? Kunnen we deze eindeloze januarimaand afronden door nog een laatste saluut te brengen aan een opvallend verschijnsel van het afgelopen jaar?
Voor mij zijn de mensen van het jaar (van elk jaar, niet alleen van het voorbije) alle ouders van kinderen tussen 0 en 5 jaar. Of ze er samen voor staan of alleenstaand zijn. Of ze voor één kind zorgen of voor een hele club. Of ze eigen kinderen hebben of ‘pluskinderen’, pleegkinderen, adoptiekinderen of op een andere manier aangewaaide kinderen. Of ze daarbij voltijds buitenshuis werken of gedeeltelijk of helemaal niet. Of ze genoeg geld hebben of altijd net iets te weinig.
Tropenjaren
Mensen met heel jonge kinderen voeren een bewonderenswaardige koorddans uit. Ze proberen lief te zijn en op te voeden, het gezellig te maken en praktisch alles goed te regelen, en ook nog een stuk ‘eigen leven’ over te houden. Dat vraagt veel van hun krachten en hun tijd. Meestal offeren ze ook nog een deel van hun nachtrust op, minstens tijdelijk.
Mijn Nederlandse schoonvader noemde deze periode in het bestaan van een gezin ‘de tropenjaren’. In het koloniale tijdperk moesten de medewerkers in ‘Nederlands Indië’ eerst een aantal jaren op een ongezond hete plek met weinig comfort doorbrengen, voordat ze carrière maakten en op een betere locatie werden gestationeerd. Die ‘tropenjaren’ maken alle jonge ouders mee: de periode waarin het soms nauwelijks leefbaar is, maar waarin je volhoudt omdat je uitkijkt naar betere tijden.
Levenslang afhankelijk
Deze mensen doen dat in een groot deel van de gevallen als debutant, zonder veel voorbereiding of training, behalve wat ze zich herinneren van hun eigen kinderjaren of wat ze meemaken in hun vriendenkring. Ze gaan lijnrecht in tegen wat in onze tijd misschien wel de grootste heilige koe is: het recht om volledig vrij over je eigen leven (tijd, lijf, geld …) te beschikken.
Als je ouder wordt, ga je een levenslange band aan met iemand die op elk moment beroep op je kan doen. Je bent voorgoed afhankelijk geworden en zelfs niet meer baas van je eigen slaap. Zeg maar dag met het handje tegen je recht op zelfbeschikking.
Het mooiste en meest wonderlijke is misschien dat de meeste jonge ouders daar bovendien ontzettend van genieten. Ondanks de eerder genoemde objectieve lasten. Ze beseffen dat ze heel wat verliezen en ze kijken ook wel uit naar een tijd waarin het – in elk geval op materieel vlak – iets rustiger en comfortabeler wordt, maar ze zouden de band met hun kinderen voor geen goud willen missen. Wij zijn al te gauw van mening dat zoiets toch normaal is. Maar in feite hebben we het aan al die mensen te danken dat het leven verder gaat.
Innige deelneming
Het is de foute formule om bij een geboorte ‘Innige deelneming’ uit te spreken. Toch zou ik al die ‘mensen van het jaar’ graag een beetje ‘medeleven’ bezorgen van de rest van onze samenleving. Iets meer begrip in winkels of horecazaken. Een helpende hand bij het openhouden van deuren of het opstappen op de bus. Openbare plekken waar ze welkom zijn en vinden wat ze nodig hebben. Want in de tropenjaren helpen alle beetjes.
Jonge ouders hebben geen behoefte aan een prijs of een standbeeld. Ze leven hun leven, zo goed en kwaad als het gaat. Voor onze samenleving en onze toekomst betekenen ze veel meer dan om het even welke sporter of zanger. Misschien toch even slikken, voordat we de volgende keer sakkeren op een jengelend kind op de rij achter ons in het vliegtuig of in de supermarkt.