Jaqueline Van De Walle: ‘Euthanasie uitvoeren? Zoek iemand anders voor die smerige job!’
In het debat over de uitbreiding van de euthanasiewet wordt een cruciale (f)actor straal genegeerd. Alsof wij artsen er geen probleem mee hebben om een euthanasie uit te voeren.
Toen de euthanasiewet er in 2002 kwam, ging ze over duidelijke situaties van een nakend levenseinde met ondraaglijk en niet te lenigen fysiek lijden. De bedoeling was dat de arts die dan noodzakelijkerwijs en humaan ‘doorspoot’, niet vervolgd kon worden. Tegenwoordig is euthanasie een vrijwillige keuze, mogelijk in steeds meer situaties, waarbij de arts bijna als technicus wordt ingeschakeld. Telkens weer moet ik mij verdedigen tegen het vanzelfsprekende, eisende karakter ervan en moet ik uitleggen dat euthanasie geen evidente handeling is.
Patiënt en wetgever moeten beseffen dat een euthanasie uitvoeren niet in je koude kleren gaat zitten – je moet daar als arts en als mens van bekomen. Je kunt je afvragen of het normaal is dat een actieve levensbeëindigende handeling zelfs maar van een arts wordt gevraagd!
Ik vind dat ik als arts een andere zorg te bieden heb aan de stervende persoon: de comfortzorg regelen, emotionele ondersteuning bieden, het natuurlijke stervensproces begeleiden, afscheid en rouw laagdrempelig maken. Hetzelfde geldt voor mijn taak bij dementerenden: échte zorg is op een waardige manier met de patiënt omgaan: met geduld en begrip voor de verwardheid, met een kwinkslag of een geruststellend woord, met de nodige tijd voor voeding, lichaamshygiëne en een gesprek. Er is voor mij geen enkele medische reden om iemand van de wereld te helpen vanwege decorumverlies, geheugenproblemen of eenzaamheid.
Als de patiënt, zijn vertegenwoordiger of de wetgever beslist dat euthanasie op dementerenden toch moet kunnen, dan is het zonder mij. Zoek maar iemand anders voor die smerige job.
Bron: De Standaard