Jan Goossens: ‘Een kinderwens, ook voor Afrika?’
Normen en waarden zijn volop in het nieuws. Vluchtelingen die naar Europa komen, moeten er zich naar schikken. Ze moeten er kennis van nemen. “Zo doen wij dat hier” lijkt wel het mantra van de Westerse samenleving. Maar wat als we onze hulp buiten de eigen grenzen gaan aanbieden, in ontwikkelingssamenwerking bijvoorbeeld? Dan gelden er soms plots andere regels dan in het thuisland!
Het is een bedenking die ik me maakte wanneer op vrijdag 19 februari het eerste Kinderwenshuis van Vlaanderen geopend werd in Diest. Zondermeer een lovenswaardig initiatief dat alle steun verdient. Echter, wanneer een discussie over onvruchtbaarheid, kinderloosheid en de gevolgen ervan consequent wordt doorgetrokken naar lage-inkomenslanden, dan houdt iedereen plots de adem in. NGO’s blazen steevast hoog van de toren over vrouwenrechten. Die worden dan ingevuld als het recht op anticonceptie, veilige abortus, moeder- en kindzorg en zo meer. Dat hier internationaal met prioriteit op ingezet wordt, is zeker begrijpelijk en misschien ook terecht. Maar dat plaatje is onvolledig! Wat immers met het recht op kinderen kriìgen?
Veel organisaties gaan voor “een wereld waarin elke geboorte gewild is”. Maar hun visie stopt bij het begrip anticonceptie. Nochtans blijven naar schatting zo’n 180 miljoen koppels op onze aarde jaar na jaar gewild of ongewild kinderloos. Op vruchtbaarheidsbehandelingen in derdewereldlanden en met name in Afrika lijkt een taboe te rusten. Lange tijd ging voor donateurs de stelling op dat in-vitrofertilisatie (IVF) eenvoudigweg te duur was om nog maar te zwijgen over de vele andere en vaak acutere noden in de derde wereld zoals malaria-, aids-en hongerbestrijding. Die situatie is evenwel veranderd. Zoals reeds eerder werd in ons land baanbrekend onderzoek verricht op vlak van fertiliteitsbehandeling. Het team van professor Willem Ombelet, diensthoofd gynaecologie van het Ziekenhuis Oost-Limburg in Genk, ontwikkelde een IVF methode die kan worden uitgevoerd voor een fractie van de kostprijs van voorheen. Een schitterende innovatie met een enorm potentieel. Miljoenen koppels zouden hiermee geholpen kunnen worden.
Maar dat is niet alles. “Er zijn al teveel mensen op de wereld” klinkt het geheid bij ontwikkelingsorganisaties. Dat valt nog te bekijken. Volgens de recentste prognoses van zowel de OESO als de VN zullen we in 2050 met goed 10 miljard mensen op deze planeet rondlopen. Niet onaardig. Maar de reden hiervoor is veeleer de toenemende vergrijzing, ook in de derde wereld, dan het stijgend aantal geboortes. In tegendeel: armoedebestrijding, emancipatie van vrouwen, scholing van meisjes … Het zijn stuk voor stuk maatregelen die hun succes bewezen hebben in de strategie om de ongelijkheid in de wereld te doen afnemen. Maat tegelijk hebben ze ook een effect op het aantal geboortes: dat daalt systematisch in gebieden waar meer bestaanszekerheid heerst! Kijk er de demografische studies van de VN maar op na.
En dan hebben we het nog niet gehad over de manier waarop kinderloosheid in het sociaal, economisch en cultureel weefsel van vrouwen in derdewereldlanden kan inhakken: stigmatisering, bespotting, geoorloofd geweld, verstoting, onterving, moord … Vraag aan Afrikanen wat zij verkiezen: kanker of kinderloosheid en ze kiezen zonder uitzondering voor het eerste. Met zo’n ziekte krijg je aandacht en medelijden. Met kinderloosheid net het omgekeerde.
Kortom, eerlijke reflectie dwingt ons toe te geven dat veel argumenten om mensen in derdewereldlanden het recht te ontzeggen tot betaalbare IVF, niet langer steek houden. Maar het besef lijkt niet door te dringen. Afrika en bij uitbreiding de hele derde wereld blijft voor velen in het Westen een “ver van mijn bed show”. De veelgelezen Britse auteur Owen Jones en onze eigen Peter Piot, voormalig hoofd van UNAIDS, hadden gelijk toen ze in volle Ebolacrisis met een cynische stem zeiden: “het gebeurt maar in Afrika.” Alle wetenschap ten spijt, blijven vrouwen en koppels in lage-inkomenslanden vaak het recht ontzegd op fertiliteitsbehandeling. Kennelijk geraken we maar niet af van onze duale houding. Dit moet veranderen, liever vroeg dan laat.
Zelf eisen we het recht op om onze vruchtbaarheid te kunnen bepalen en zorg te dragen voor mensen die geen kinderen kunnen krijgen (cfr. het Kinderwenshuis). Laten we dan ook de rechten van kinderloze vrouwen in lage-inkomenslanden serieus nemen. In wezen gaat het hier immers niet alleen over het recht op een kind, maar over het recht op zorg! Wie kan dat zijn medemens ontzeggen?