Paul Quirynen: ‘De wereld draait door…’
De golf van terreur plaatst het debat over de grenzen van de vrije meningsuiting weer volop in de actualiteit. Een genuanceerd en open debat hierover is meer dan noodzakelijk omdat de grondvesten van onze rechtsorde en rechtsstaat in gevaar zijn.
Wat de voorbije maanden in de wereld gebeurt, verbaast ieder van ons en wordt omschreven als barbarij, onmenselijkheid en horror…en terecht. Helaas herhaalt de geschiedenis van macht en oorlogen zich steeds opnieuw en ergens las ik ten tijde van het millennium de volgende terugblik op onze 20ste eeuw:
Die eeuw wordt ongetwijfeld veroordeeld … streng veroordeeld, in zowel morele als metafysische zin, want de mislukkingen hebben donkere schaduwen over de mensheid geworpen: twee wereldoorlogen, talloze burgeroorlogen, een zinloze keten van moordaanslagen (Gandhi, de Kennedy’s, Martin Luther King, Sadat, Rabin), bloedbaden in Cambodja en Nigeria, India en Pakistan, Ierland en Rwanda, de Balkan. de onmenselijkheid van de goelag en de tragedie van Hiroshima …de horror van nazi Duitsland Auschwitz …Treblinka. Een zee van geweld …een zee van onverschilligheid.
Toch moeten wij voorzichtig zijn om vandaag onze “rechtsorde” op te offeren en snel nieuwe wetgeving te creëren die de door ons opgebouwde rechten en vrijheden in vraag stelt
Ook de 21e eeuw was slecht begonnen: nine-eleven New York, bloedbaden allerhande door oorlogen en stammentwisten, meestal ver buiten onze (toen) veilige leefomgeving. Enkele jaren geleden vielen vele doden, ook in Europa, onder meer in de stations van Londen en Madrid …Vandaag is het vooral IS en zinloos geweld, al dan niet in verband met de migratiestromen. Het blinde terrorisme zindert ook in ons land nog na sedert Maelbeek en Zaventem en confronteert ons allen met een nieuwe waarheid.
Toch moeten wij voorzichtig zijn om vandaag onze “rechtsorde” op te offeren en vandaag snel nieuwe wetgeving te creëren die de door ons opgebouwde rechten en vrijheden in vraag stelt.
In een aangrijpend boek (Emmi Bonhoeffer, Wat is wezenlijk, Ten Have, blz.128) getuigt de auteur dat haar echtgenoot als de grootste misdaad van Adolf Hitler de totale vernietiging van de rechtscultuur beschouwde: recht vervangen door willekeur, iemand in de gevangenis opsluiten niet omdat hij gestolen heeft maar omdat hij een kromme neus heeft …Dat betekent het einde van elke cultuur. De jurist werd daar tot in het diepst van zijn ziel door aangegrepen en zijn voornaamste streven was dan ook om voor de toekomstige staat de rechtszekerheid als één van de fundamenten vast te leggen.
Niet grenzeloos
Ik heb reeds voorheen de stelling verdedigd dat het recht op vrije meningsuiting niet grenzeloos is omdat verdraagzaamheid voor medemensen soms een hogere waarde is.
Dit recht is één van de pijlers van een moderne rechtsstaat en dient dit ook maximaal te blijven. Toch mag nooit misbruik gemaakt worden van deze vrije meningsuiting. Ook is het zo dat grondrechten met elkaar kunnen botsen. De paradox is dat de meest extreme vorm van vrije meningsuiting racisme is; doch racisme is uiteraard strijdig met het grondrecht van niet-discriminatie.
Het recht op vrije meningsuiting is niet grenzeloos omdat verdraagzaamheid voor medemensen soms een hogere waarde is
Artikel 19 van onze Grondwet waarborgt de vrijheid voor ieder burger om op elk gebied zijn mening te uiten. Artikel 10 van het EVRM klinkt gelijkaardig.
Zinvolle overwegingen in dit verband vinden wij ook terug in de rechtspraak en meer bepaald en onder meer in het eindarrest dd. 21.04.2004 van het Hof van Beroep van Gent in de strafzaak die werd behandeld lastens een aantal vzw’s van het Vlaams Blok.
Het pluralisme, de verdraagzaamheid en de geest van openheid – zonder dewelke een vrije en democratische samenleving niet bestaat – willen dat door een groep of vereniging schokkende, verontrustende of zelfs kwetsende ideeën worden geuit. Ieder denken en spreken is vrij en niemand heeft het recht om zijn zienswijze op één of andere wijze op te dringen en/of af te dwingen. Kritiek, zelfs hevige kritiek door eender welke groep of vereniging en nog meer door een politieke partij is en blijft mogelijk. Het publiek debat is een noodzakelijke en wezenlijke waarborg voor het correct functioneren van de democratische instellingen. Kritiek geuit ten aanzien van de allochtone bevolking van het land is door de wet als zodanig niet verboden. De eventuele problemen veroorzaakt door hetzelfde deel van de bevolking mogen en moeten worden aangekaart. Ook objectief en redelijk te verantwoorden voorstellen teneinde te verhelpen aan deze eventuele problemen mogen ongetwijfeld nog steeds worden geformuleerd.
Op radio en TV is dit arrest voornamelijk ter sprake gekomen om en rond de praktische consequenties en de invloed van de uitspraak op het politiek landschap. Helaas was er veel minder aandacht voor de echte inhoud van het arrest dat 60 blz. dik is en ontegensprekelijk belangrijke krijtlijnen uittekent voor het functioneren van een samenleving.
Antiracismewet
Genoemde vzw’s werden vervolgd wegens inbreuken op artikel 3 van de wet van 30 juli 1981 (de antiracismewet) die stelt dat strafbaar zijn zij die behoren tot een groep of vereniging die kennelijk en herhaaldelijk discriminatie bedrijft in de omstandigheden genoemd in artikel 444 van het Strafwetboek. Dit artikel 444 SWB vermeldt dat het moet gaan over woorden, daden en/of handelingen die aanzetten tot discriminatie, haat of geweld jegens een persoon of groep wegens zijn of haar ras, huidskleur, afkomst of de nationale of etnische afstamming.
In deze zaak werd vrijspraak verleend doch vandaag zijn er alleszins individuen en groeperingen die deze begrenzing doelbewust en ruim overschrijden.
In feite is het te betreuren dat wetgevers in verschillende landen genoodzaakt zijn geweest om een rem te zetten op de vrije meningsuiting omdat blijkbaar een aantal mensen het recht op vrije mening – waarvoor zo gestreden is …- te kwader trouw zijn gaan aanwenden.
De antiracismewet is een inperking van het recht op vrije meningsuiting en onze wet van 1981 kwam er nadat België in 1975 het internationaal verdrag van New York van 7 maart 1966 heeft goedgekeurd. Dit verdrag van New York betreft de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie
Debat
Uiteindelijk bleef er betwisting bestaan en in diverse procedures voor het Arbitragehof en diverse hoven van beroep werd er nog steeds gesteld dat het recht op vrije meningsuiting grenzeloos diende te zijn. Anderen bleven de stelling verdedigen dat uiteindelijk in beperkte gevallen “verdraagzaamheid” een hogere waarde had voor het functioneren van een samenleving zodat deze grondhouding van verdraagzaamheid een rechtvaardiging is voor het inperken van de vrije meningsuiting.
De vraag is of onze antiracismewet voldoende mogelijkheden biedt om efficiënt terreur te bestrijden
Ik was voorheen tevreden dat deze intellectuele storm geluwd was en dat rechtspraak en rechtsleer de voorbije jaren uiteindelijk éénsluidend en resoluut stellen dat voor het behoud van de democratie het inperken van de individuele vrijheid soms wel kan en dat het individueel belang om vrij en onbeperkt haatgevoelens te uiten moet buigen voor het hogere belang, met name het beschermen van de rechten en vrijheden van de anderen.
De vraag is of onze antiracismewet voldoende mogelijkheden biedt om efficiënt terreur te bestrijden daar helaas rechtspraak meestal de feiten achternaholt.
Hoe dan ook is om en rond deze problematiek een genuanceerd en open debat meer dan noodzakelijk omdat de grondvesten van onze rechtsorde en rechtsstaat in gevaar zijn. Preventieve censuur en bestraffing van meningen en ideeën zijn reeds voorheen aangewend in verguisde politieke regimes en kunnen alleen aangewend worden als er geen andere middelen meer zijn en om het kwaadste kwaad te bestrijden. Politici en gezagsdragers hebben voor de dagen van morgen een enorme verantwoordelijkheid.